PromZ Vak 02-2014
z 27 2014 - nummer 2 - www.promz.nl Erik Kok, Senator: Ik geloof niet in een Europese branchevereniging ‘ In de Europese lobby ligt het voor de hand dat de suppliers het voortouw nemen. Zij zijn er, vanwege hun internationale structuur, het meest op ingericht. Senator heeft, via ons moederbedrijf, de beschikking over een juridische afdeling die alle internationale regelgeving volgt. Maar het is een gezamenlijk belang, dus ook distributeurs moeten zich zorgen maken over wat er op onze branche afkomt. Hoewel je best kritiek kunt hebben op PPP, snap ik niet dat er partijen zijn die hun lidmaatschap beëindigen. Dan neem je je vak niet helemaal serieus. En een nationale branchevereniging is het beste instrument dat we hebben om ons te weer te stellen tegen mogelijk schadelijke regel- geving. Farma heeft zelfregulering, maar de drankenindustrie krijgt waarschijnlijk te maken met opgelegde regels. Ik geloof niet in een Europese branchevereniging. Die staat te veel op afstand van de gemiddelde distributeur en supplier. Als we ons beter bewust waren geweest waar de farmaceutische industrie mee bezig was, dan weet ik zeker dat PPP en BAPP meer gewicht in de schaal hadden kunnen leggen. Maar men is te laat wakker geworden. We moeten ook oppassen om te denken dat het alleen om Europese regelgeving gaat. In de hele wereld zijn industrieën en autoriteiten bezig met regulering. ‘ Thomas Hendiksen 8 nodig en méér mankracht om de Europese organisatie goed te laten functioneren. De nationale brancheorganisaties zijn de EPPA-leden en betalen – hooguit – 3000 euro per jaar lidmaat- schap. De in de Steering Committee verenigde grote suppliers hebben in een paar jaar tijd een paar ton bij elkaar gebracht voor het bekostigen van het opzetten en uitvoeren van projecten, zoals het CSR-certificaat, maar die bron droogt op. Terecht zei Stef van der Velde in dat artikel: “Het is toch eigenlijk schokkend dat er maar 12 landenorganisaties lid zijn – waarvan er ook nog maar eens een paar echt professioneel opereren – en dat er naar verhouding maar weinig suppliers en distributeurs lid zijn van hun eigen nationale verenigingen. De EPPA-leden vertegen- woordigen zo’n 3400 bedrijven, terwijl we uit onderzoek weten dat er in totaal in Europa zo’n 28.000 suppliers en distributeurs actief zijn. Daarmee is toch wel bewezen dat de huidige structuur van de EPPA niet voldoende werkt.” Hans Poulis pleitte in genoemd artikel voor een nieuwe EPPA- structuur á la de Amerikaanse PPAI, waarvan suppliers en distributeurs per individueel bedrijf lid zijn. In die structuur zou er voldoende geld beschikbaar zijn om de EPPA als een profes- sionele organisatie te laten draaien en zijn er ook middelen om lokale brancheverenigingen financieel te ondersteunen in hun activiteiten op het gebied van bijvoorbeeld opleidingen en bijeenkomsten.
RkJQdWJsaXNoZXIy NDcxNDY5